Digitalisering van contact
Een ander actueel aandachtspunt van Carlo is de digitalisering van sociale contacten. Hij onderzocht in hoeverre mensen met een verstandelijke beperking tijdens de COVID-19 lockdown gebruik konden maken van digitale mogelijkheden om contact te hebben met hun naasten. Hij zag dat ook mensen waarvan men van tevoren dacht dat ze niet uit de voeten zouden kunnen met digitaal contact, er toch iets aan hebben. "Een liedje of een spelletje voor het slapengaan kan het contact versterken. Dat is erg belangrijk voor mensen van wie het sociale netwerk toch al kwetsbaar en klein is. Het is belangrijk dat de formele zorg daar aandacht voor heeft en zorgt dat het contact plaatsvindt door daar afspraken over te maken." Deze bevindingen kunnen volgens hem ook belangrijk zijn voor CCE; de samenwerking met het netwerk van cliënten kan immers vaak beter, vindt Carlo .
Carlo richt zich momenteel ook op psychotrauma. Het is lastig, zo zegt hij, om hiervoor onderbouwde methodieken te vinden voor screening, diagnostiek en behandeling van mensen met een verstandelijke beperking. "De verschillen binnen die groep mensen zijn groot, dus de vraag is hoe je ervoor zorgt dat de behandeling van het psychotrauma effectief en passend is bij de cliënt. Effectstudies duren vaak lang en zijn kleinschalig, terwijl mensen met een beperking net als ieder ander recht hebben op interventies die goed zijn getest. Wij zijn bezig met de ontwikkeling van een richtlijn hiervoor, en de expertise van de CCE-coördinatoren kan hieraan bijdragen. Andersom heeft zo’n richtlijn straks natuurlijk ook meerwaarde voor CCE."
Tekst: Mariëtte Baks