Stap uit de afhankelijkheidsdynamiek

‘Gun jezelf probeerruimte’

De afhankelijkheidsdynamiek is een van de zeven organisatiedynamieken uit het model ‘Bewegen bij probleemgedrag’ waarin professionals vaak dreigen vast te lopen wanneer ze CCE om een consultatie vragen. “Je belandt in een status quo als gevolg van het wachten op elkaar”, zegt CCE-consulent Lot de Swart. In een gesprek met Vanessa Olivier-Pijpers, een van de auteurs van het boek ‘Bewegen bij probleemgedrag’, gaat ze in op de vraag hoe je kunt loskomen uit de afhankelijkheidsdynamiek.

 

Wat zie je gebeuren in vastlopende situaties?

Lot: “Vastlopende situaties van probleemgedrag zijn vaak negatieve spiralen in de interactie tussen begeleiders en cliënten. Je zakt er steeds dieper in weg. Situaties van probleemgedrag zijn destructief voor de cliënt, de begeleider en voor de relatie tussen beiden. Er ontstaan patronen waarin mensen een gevoel van onmacht ervaren. Vaak gaat dit gepaard met personele wisselingen. Het gevoel bestaat dat de situatie onomkeerbaar is. Alles in het systeem lijkt te wankelen en de gevoelens van onmacht vertalen zich in een status quo. Mensen schieten in de wachtstand: wie ben ik in dit grote systeem om hier iets in te kunnen veranderen? Het is wachten tot de bezetting weer op orde is, wachten totdat er een nieuwe teamleider is aangesteld, wachten tot CCE met een consultatie begint. Uiteindelijk loop je dan vast in de afhankelijkheidsdynamiek.

 

Er is zelden maar één organisatiedynamiek die vastloopt, welke andere zie je nog meer?

Lot: “Vastlopende situaties duren vaak lang, en gedachten over wat kwaliteit van leven is worden steeds minder eenduidig: we staan erbij en kijken ernaar. Daarbij voelen we weinig vertrouwen meer in onszelf, collega’s en andere betrokkenen. Wanneer er zoveel onmacht wordt ervaren, ligt vastlopen in de schulddynamiek ook op de loer. Met als gevolg dat dit de status quo versterkt. Immers, als de schulddynamiek speelt, zullen mensen hun kop niet gauw boven het maaiveld steken door iets anders te proberen. Zie dan maar eens beweging te krijgen.” Lot vervolgt: “En iemand die in een stevig vastlopende afhankelijkheidsdynamiek zit, is als een hert dat in het donker verlamd blijft staan kijken in de koplampen van een auto. Als je zo ver met elkaar bent vastgedraaid dat je het eigenlijk ook niet meer weet, maar wel duidelijk voelt: dit kan toch niet? Op dat moment lukt het niet meer om met elkaar te bespreken: waar gaat dit nou eigenlijk over?”

"Blijf vooral niet hangen in gedachten over schuld, maar sta jezelf toe fouten te maken."

Vanessa Olivier-Pijpers - Projectleider Expertisemanagement bij CCE en mede-auteur van het boek Bewegen bij probleemgedrag

Hoe kom je uit die status quo?

Lot: “Als CCE-consulent probeer ik met het team op zoek te gaan naar manieren waarop ze wèl invloed kunnen uitoefenen. Het idee dat je als eenling geen verschil kan maken, is een denkfout. Eigenlijk ga ik met medewerkers eenzelfde soort traject in als ik met cliënten doe: omdenken. Wat kun jij goed? Wat is jouw talent in het werken met deze cliënt? Hoe kun je dat zo inzetten dat je iets in beweging brengt? Als iedereen dat voor elkaar krijgt, gaat het systeem weer draaien. Iets doen, is beter dan niets doen. Ook al voelt het onnatuurlijk en spannend. Daarom is het zo belangrijk dat je met elkaar afspreekt dat het oké is om iets te proberen, om fouten te maken, om patronen met cliënten te doorbreken. Patronen die vaak nogal rigide zijn geworden en waar begeleiders slechts weinig van zichzelf in mogen laten zien.”

Wat is er verder nodig om patronen te door breken?

Lot: “De steun van de teamleider en de manager is enorm belangrijk; de hele structuur die je samen met de orthopedagoog rond een cliënt hebt gebouwd. Als er toch weer iets misgaat rond een cliënt zijn afspraken het eerste waar mensen naar teruggrijpen. Maar als je met z’n allen alleen nog maar doet wat in afspraken is vastgelegd, omdat je dan in ieder geval geen fouten kunt maken, dan loop je vast. Gun jezelf probeerruimte, durf fouten te maken.”

Vanessa: “Als je de focus op afspraken maken loslaat en het hebt over ‘hoe steunen we elkaar?’, dan kom je in het vlak van de vormingsdynamiek terecht. Daarin zoek je naar de kracht van het begeleidersteam en de steun daaromheen. Op het moment dat je nog lamgeslagen bent in de afhankelijkheidsdynamiek, lukt het niet altijd om aan de slag met te gaan met meer bewegen in de vormingsdynamiek.”

Zijn er nog andere tips die beweging helpen creëren?

Lot: “Bij de afhankelijkheidsdynamiek moet ik altijd denken aan een quote van Kennedy: ‘One person can make a difference, and everyone should try’. Als je daarin gelooft en daarnaar gaat leven, ontstaat er beweging. En wat er nu misgaat, zegt niks over wat er over tien minuten gebeurt of hoe het morgen zal gaan. Geef jezelf en de cliënt een nieuwe kans.

Daarnaast benoem ik dingen die goed gaan als ik meeloop. Ik ben niet zuinig met complimenten, vooral niet als er zoveel faal-, schuld- en onmachtsgevoelens zijn. Want die verrekte vastlopende dynamieken doen iets met je zelfvertrouwen.

Wat ook werkt, is om dingen die mensen intuïtief doen expliciet te maken. Stel dat een begeleidster over een cliënt zegt: ‘We hebben heerlijk gepuzzeld. Echt twintig minuten lang naast elkaar gezeten.’ Zij denkt misschien dat de cliënt ontspannen is geworden enkel door het puzzelen, maar het is ook goed om te kijken naar wat jouw aandeel als begeleider daarin was. Als je mensen daar bewust van maakt, help je ze ook om meer zicht te krijgen op hun persoonlijke invloed en kracht in soortgelijke situaties.

Vanessa: “De afhankelijkheidsdynamiek klinkt groot, terwijl je het juist in het kleine moet zoeken. Denk niet: ik moet het hele team bij elkaar houden en alle neuzen dezelfde kant op krijgen. Hou het dicht bij jezelf. Als je van dansen houdt, dans dan ook eens met de cliënt. Kijk vooral naar wat je zelf kunt doen en wat je in contact met collega’s kunt doen. En blijf vooral niet hangen in gedachten over schuld, maar sta jezelf toe fouten te maken. ”