Ja, het vraagt nogal wat van medewerkers.
Gerritsen: "Ze zien ook hoeveel het hen oplevert. Ondanks dat het een crisisafdeling is, hangt er nu een andere sfeer. Ik doe op dit moment onderzoek naar de ervaren veiligheid van hulpverleners op FHIC-afdelingen, en wat ik vaak hoor is: sinds we meer contact maken met cliënten en meer aanwezig zijn op de afdeling, zien we emoties of gedragingen eerder aankomen en voelen we ons een stuk veiliger. Ook omdat we als team beter functioneren.”
Starkenburg: “Ik sprak een zorgmedewerker die van de verstandelijk gehandicaptenzorg overstapte naar de forensische psychiatrie, naar een instelling waar de FHIC is ingevoerd. Ze voelt zich daar veiliger dan ooit. Op een andere afdeling, waar ik regelmatig kom, zien ze dat ze nu meer grip hebben op het gedrag van cliënten en daardoor escalaties voorkomen."
Gerritsen: "Goed om te noemen, denk ik, is dat FHIC meer behelst dan alleen contact maken. Het is tegelijk heel methodisch en ‘evidence based’, waarbij de zorg kan worden opgeschaald en gastvrijheid hoog in het vaandel staat. De FHIC monitor kent alleen al vijftig items waar je op kunt checken hoe ver je bent met de implementatie van FHIC. Het is dus niet zo dat het personeel in het diepe wordt gegooid."
Als het toch misgaat, moet je als medewerker niet alleen kijken naar de cliënt, maar naar de algehele situatie, de context. Precies waar CCE steeds op hamert.
Gerritsen: "Bij escalaties let je niet alleen op het ontregelende gedrag van de cliënt, maar ook op het team. Vaak wringt het juist in de onderlinge relatie."
Starkenburg: "Als CCE kijken wij juist naar de context, inclusief het systeem rondom de cliënt. Wij bezoeken de familie vaak thuis en zitten soms twee uur aan de keukentafel. Dat geeft veel informatie over de vroege ontwikkeling. Soms werpt het een ander licht op de cliënt, die bijvoorbeeld meer autistische trekken vertoont dan gedacht. In een forensische setting valt met aandacht voor iemands ontwikkeling en levensverhaal nog winst te behalen."
Gerritsen: "De familie bij de behandeling betrekken is in de forensische psychiatrie lastig. Vaak is er te veel gebeurd en speelt bij naasten veel angst of schaamte. Aan de andere kant hoef je niet per se de ouders of echtgenoot te spreken, het kan ook de buurman zijn."
Starkenburg: "Soms zijn families juist blij dat de rust is weergekeerd."
Op sommige FHIC-afdelingen verblijven cliënten langer dan een jaar. Hoe kan dat?
Starkenburg: "Je moet mensen perspectief bieden, een stip op de horizon. Dat kan een plek zijn in een instelling met een lager beveiligingsniveau of in een beschermde woonvorm. Maar daar is vaak veel te weinig plek. Met als gevolg dat cliënten soms anderhalf jaar op een FHIC-afdeling zitten, die daar helemaal niet voor bedoeld is."
Gerritsen: "Wat ook gebeurt, is dat cliënten vanuit andere afdelingen naar de FHIC worden verwezen, en dan niet meer terug worden genomen. Soms omdat het verwijzende team te veel heeft meegemaakt met een cliënt. Dat is demotiverend voor de cliënt, maar ook voor een FHIC-team, want die willen stappen maken en zich focussen op tijdelijke opnames. Met heldere afspraken kun je dat voorkomen."
Starkenburg: "Na een tijd ben je als cliënt uitontwikkeld op de FHIC en leer je niets meer bij. Dan blijft het bij stabiliseren."
In de FHIC is reflectie door het personeel essentieel. Waarom?
Gerritsen: "In elke situatie draait het om de vraag: wat is goed om te doen? En dat vereist reflectie, overleg. Je laat je niet leiden door een protocol, maar door waarden als aandachtigheid. Als afdelingen een cliënt naar de FHIC sturen, adviseren ze soms om te separeren, maar het FHIC-team kiest meestal zijn eigen koers. Dus wat doen ze? Ze maken een eigen inschatting en heten de cliënt welkom met thee. Vertel eens, hoe gaat het met u?"
Starkenburg: "Vroeger zag ik forensische hulpverleners als een soort cowboys, maar dat klopt niet. Het zijn echt mensenmensen, opvallend veel jonge vrouwen trouwens."
Gerritsen: "Klopt. Ik weet niet hoe het kan, maar het werkt wel vaak de-escalerend. Voor de balans in het team heb je ook mensen nodig met veel ervaring, die het forensische veld kennen. Maar de kleerkasten die vroeger voor de veiligheid zorgden, zijn nu echt in de minderheid."
Tekst: Maurice Timmermans