Hoe begeleid je mensen met een licht verstandelijke beperking die ernstig overgewicht hebben? Marieke Brouwer van het Centrum voor Consultatie en Expertise (CCE) merkt dat het extra expertise vraagt. Een multidisciplinaire benadering werkt volgens haar het beste. Doe het samen en ‘richt je niet alleen op afvallen, maar op het algeheel welbevinden van de cliënt.’
Over afvallen is veel bekend, maar de standaard interventies blijken bij mensen met een licht verstandelijke beperking (lvb) vaak niet haalbaar en effectief. Toen ik een consultatie deed bij een cliënt met een lvb en morbide obesitas (ernstige overgewicht in combinatie met andere aandoeningen, red.), kwam ik erachter dat er nog maar weinig vindbaar is over goede zorg voor deze mensen. Het was spannend, want de situatie was levensbedreigend.
Ik ging op zoek naar vergelijkbare casuïstiek, zowel binnen en buiten CCE. Daartoe organiseerden we zogeheten kennissessies. Samen met professionals uit het werkveld, coördinatoren en consulenten van CCE wisselden we informatie en ervaringen uit. De opbrengsten van die kennissessies, de kenmerkende en werkzame factoren, hebben we beschreven in de publicatie (Morbide) Obesitas bij mensen met een licht verstandelijke beperking.
Specifieke kenmerken, unieke behoeften
Een van de belangrijkste conclusies van de kennissessies: in het ontstaan en voortbestaan van (morbide) obesitas bij mensen met een lvb speelt een unieke combinatie van factoren een belangrijke rol. Zo hebben ze vaker dan gemiddeld impulsproblemen, waardoor het zelf hanteren van grenzen als het gaat om eetgedrag soms onvoldoende is. Ook is kennis over gezond eten en leefstijl, en het emotioneel ontwikkelingsniveau vaak lager in vergelijking met anderen.
Dat alles samen leidt er regelmatig toe dat de cliënt zelf een andere probleembeleving heeft. De cliënt vindt zelf niet dat er een probleem is, of denkt dat de obesitas een andere oorzaak heeft dan wat hulpverleners aanwijzen. En dat is voor de begeleider knap ingewikkeld. Want je kunt – en mag – mensen niet dwingen om gezonder te leven en af te vallen. Ook zijn de meeste handvatten om obesitasproblematiek aan te pakken gebaseerd op vrijwilligheid. Zo ontstaat een spanningsveld tussen de gezondheid van cliënten die in het geding komt en het recht op vrijheid, autonomie en eigen regie. Dit spanningsveld levert ethische en morele dilemma’s op. Want wat als iemand diabetes of hartfalen ontwikkelt als gevolg van obesitas. Je staat erbij en kijkt ernaar, hoe ga je daar mee om?
Meer aan de hand
In onze zoektocht kwam duidelijk naar voren dat er vaak meer aan de hand is dan op het eerste oog zichtbaar is. Het eetprobleem kan ook voortkomen uit het gebrek aan iets anders. Overmatig eten vult een bepaalde leegte die iemand ervaart, waardoor het overeten een functie heeft. Het gewicht trekt de aandacht en leidt af, maar daaronder schuilt vaak andere problematiek of een andere behoefte die aandacht nodig heeft.
Dat kan hem zitten in andere problematiek, zoals autisme/ASS, verslaving en stemmingsproblematiek. Bovendien kan de gewichtstoename een bijwerking zijn van medicatie of te maken hebben met bepaalde syndromen. Soms is eten ook een manier om emoties te kalmeren of reguleren: eenzaamheid, het ontbreken van zinvolle dagbesteding, trauma’s of ingrijpende gebeurtenissen uit het verleden kunnen ertoe leiden dat eten een manier wordt om iets anders te compenseren. Het is goed om hier samen aandacht met elkaar voor te hebben.
Wat beweegt iemand?
In die andere behoefte of emotie kun je ook onderzoeken wat iemand motiveert. Waar komt iemand zijn bed voor uit? We hoorden van een cliënt dat hij heel graag naar de Efteling zou willen. Maar dan moet hij wel een stuk kunnen lopen. Dan is niet langer ‘afvallen’ of ‘lopen’ op zich het doel, maar iets belangrijkers dat uit hemzelf komt. Een duurzamere aanpak, want het is veel motiverender om aan de slag te gaan voor iets dat je écht zelf wilt. Het aanpakken van obesitas bij lvb gaat letterlijk en figuurlijk dus in kleine stapjes.
Omgeving van waarde(n)
Daarnaast blijkt ook uit de praktijk dat de omgeving een belangrijke rol speelt in het verbeteren van de situatie. Een begeleider die het lukte om een cliënt te laten overstappen van cola naar cola light, maakte een begin, maar liep vast toen de familie veel eten mee bleef brengen. Zo lieten zij immers zien dat ze om de cliënt geven – een voorbeeld waar een hulpverlener over vertelde. In zo’n situatie kan een systeemtherapeut helpend zijn om een alternatief te creëren voor het dominante verhaal ‘eten is liefde’. Dat blijkt vaak beter te werken dan met een dieet beginnen.
Ik leerde hier dat de betekenis van eten per cliënt kan verschillen en hoe sterk eetcultuur kan zijn. Datzelfde geldt voor de eetcultuur van de organisatie. Want uit de kennissessies bleek ook dat het goed is om daarbij stil te staan: wat is het beleid rondom eten? Is er een visie op gezonde voeding en leefstijl in de organisatie en wat is de kwaliteit van het voedsel op de woongroep?
Doe het samen
Door die veelheid aan cliënt- en contextfactoren is het belangrijk om aandacht te hebben voor feiten, maar dus ook voor belevingen, betekenissen en waarden die aan eten of gewicht worden gegeven. Dat kun je het beste samen doen, met de cliënt en in een multidisciplinaire benadering, met begeleiders, naasten, een (huis)arts, diëtist, een fysiotherapeut, een gedragswetenschapper en misschien zelfs dus een systeemtherapeut. Allemaal kunnen ze bijdragen aan een plan dat realistisch en haalbaar is. Dat zou zich dus niet alleen op afvallen moeten richten, maar op het algeheel welbevinden van de cliënt.
De aanpak van (morbide) obesitas is een traject van de lange adem. Wees dus realistisch, kijk breed en houd samen moed: het bereiken van een gezonde leefstijl en een gezond gewicht kan zo maar een paar jaar duren. Maar aan de slag gaan op een manier die in de praktijk werkt voor mensen met obesitas én een lvb is, net als de overgang van cola naar cola light, een goed begin.
Terug naar de cliënt
Bij de cliënt die de aanleiding was voor de kennissessies is het gelukt om hem weer meer te laten bewegen en minder ongezond te eten. Bij het afsluiten van de consulatie ondernam hij weer activiteiten die hij als zingevend ervaart en hij gaat weer naar de dagbesteding. Ik hoop dat dat zo blijft.