Overslaan en naar de inhoud gaan

Speerpunten voor betere residentiële jeugdhulp

Afgelopen periode heeft een werkgroep met experts uit de wetenschap en praktijk, en met hulp van de jongeren zelf, gewerkt aan speerpunten voor jeugdhulp, onderzoek & beleid. Vanuit het CCE heeft Dorothé van Kempen als programmaleider jeugd deelgenomen aan deze werkgroep.

 

Goede en effectieve hulp

Uit diverse studies blijkt dat kinderen in de residentiële jeugdhulp later kampen met grotere problemen dan kinderen in de pleegzorg of gezinshuizen. Eenmaal uit de instelling hebben ze meer moeite met het afronden van een opleiding en het vinden van werk. Dit komt vooral door de vele breuken waarmee ze te maken krijgen: uithuisplaatsingen en overplaatsingen. In een instelling missen ze bovendien de aansluiting met hun gezin, familie en netwerk. Wat moet er veranderen zodat deze meest kwetsbare groep kinderen goede en effectieve hulp krijgt?

 

Vier speerpunten voor jeugdhulp, onderzoek & beleid

Door een werkgroep bestaande uit negentien experts uit de wetenschap en praktijk, en met hulp van de jongeren zelf, is een agenda opgesteld met vier cruciale speerpunten:

  1. Beslis samen over integrale residentiële jeugdhulp
  2. Werk gezins- en netwerkgericht
  3. Zorg voor een ontwikkelingsgericht leefklimaat en goede professionals
  4. Voorkom breuklijnen, focus op levensloopzorg

De kern is dat de residentiële jeugdhulp zo wordt georganiseerd dat kinderen niet beschadigd raken door allerlei breuken in hun leven: breuk met thuis door de uithuisplaatsing, breuk binnen de jeugdhulp door allerlei overplaatsingen en breuken in hun verdere leven.

 

1. Beslis samen over integrale residentiële jeugdhulp

Kinderen die een beroep doen op de jeugdhulp hebben passende en samenhangende hulp nodig. Maar achter de schermen is er geen gezamenlijke werkwijze die hiervoor zorgt. Er is sprake van een verkokerde cultuur en handelingsverlegenheid bij professionals om met complexe problemen om te gaan. Kinderen met complexe problemen krijgen hierdoor in eerste instantie vaak te lichte hulp waardoor ze vervolgens in crisis in de residentiële hulp belanden. De experts pleiten voor samenhangende zorg die rondom een kind wordt georganiseerd. Concreet betekent dat: goede triage-instrumenten en competente professionals die samen met kinderen en ouders kiezen voor een integrale aanpak.

 

2. Werk gezins- en netwerkgericht

Als hulpverleners gezins- en netwerkgericht werken, hoeven er geen breuken te ontstaan tussen het kind en zijn of haar gezin en netwerk. Gezins- en netwerkgericht werken is al lange tijd een speerpunt in de residentiële jeugdhulp, maar kinderen merken er in de praktijk weinig van. Professionals hebben de neiging om de zorg van ouders over te nemen en ouders laten op hun beurt de opvoedtaak over aan professionals. De experts pleiten voor een cultuuromslag. Concreet betekent dat: goede interventies benutten waarvan we weten dat ze werken en het netwerk betrekken, bijvoorbeeld via de inzet van een informele mentor voor kinderen.

 

3. Zorg voor een ontwikkelingsgericht leefklimaat en goede professionals

Een ontwikkelingsgericht leefklimaat in de leefgroep is een voorwaarde voor kinderen om uiteindelijk mee te kunnen doen in de maatschappij. We weten wat de werkzame elementen zijn, zoals een goede relatie tussen de groepsleiding en de kinderen. Uit onderzoek blijkt dat jeugdhulpprofessionals zoals groepsleiders meer last van werkdruk hebben dan andere zorgprofessionals. De experts pleiten ervoor dat groepsleiders in de residentiële jeugdhulp beter worden toegerust zodat zij hun werk met plezier en gezond kunnen uitoefenen. Ze pleiten ook voor het beter gebruik maken van instrumenten die groepsleiders kunnen inzetten om feedback te krijgen van kinderen over hoe zij het vinden in de leefgroep.

 

4. Voorkom breuklijnen, focus op levensloopzorg

Kinderen in de residentiële jeugdhulp ontwikkelen zich beter als ze geen last hebben van breuken in hun verdere leven. Juist voor deze kinderen is dat belangrijk. Vaak hebben hun ouders zelf problemen gehad in hun eigen jeugd. En vaak hebben ze meerdere schadelijke gebeurtenissen meegemaakt en kampen ze met trauma’s en hechtingsproblemen. De uithuisplaatsing komt daar dan bovenop. Nu is de jeugdhulp aanbodgericht georganiseerd en hebben kinderen met allerlei breuken te maken. De experts pleiten voor levensloopzorg waarbij de zorg wordt ingericht vanuit de behoefte van deze kwetsbare groep kinderen. Concreet betekent dat: kleinschalige voorzieningen in de wijk, zo kort mogelijke residentiële jeugdhulp, focus op een diploma of werk en per kind één contactpersoon die ook na het eindigen van de plaatsing beschikbaar is.

 

Wat is er nodig?

De experts hebben alle bestaande initiatieven op het gebied van onderzoek en kennisontwikkeling geïnventariseerd. Zij constateren dat diverse thema’s moeten worden uitgediept. Ze hopen dat deze speerpuntenagenda het startschot is voor nieuwe kennisontwikkeling en concreet onderzoek. Want: hoe zorgen we dat kinderen precies op het goede moment in de residentiële jeugdhulp terechtkomen (en ook weer tijdig vertrekken)? Wat werkt nu eigenlijk echt bij kleinschalige residentiële en gezinsgerichte jeugdhulp? De experts doen een dringend beroep op politici, beleidsmakers, onderzoekers en maatschappelijke partners om aan de slag te gaan met het verbeteren van de residentiële jeugdhulp. Laten we er met elkaar voor zorgen dat de problemen van deze meest kwetsbare groep kinderen niet nog groter worden door onze jeugdhulp!