Is de context suboptimaal, bijvoorbeeld door personeelswisselingen of personeelstekort? Lijkt de invloed op de context onmogelijk, terwijl het probleemgedrag steeds maar verergert en alle betrokkenen steeds meer spanning ervaren? Dan is de attributiedynamiek eigenlijk een schijnbaar onomkeerbaar gevolg voor jou als gedragsdeskundige. Als stressreflex begrijpelijk, maar verre van helpend.
Stap uit de attributiedynamiek
Sta, juist bij stress, stil bij wat er bij jou als professional gebeurt wanneer de spanning rondom een vastlopende situatie oploopt. Schiet je in de reflex van de attributiedynamiek, door te verengen en te stigmatiseren? Juist dán is het constructief om iemand opnieuw in beeld te brengen. Niet alleen zijn defecten, maar juist zijn kwaliteiten en talenten, zijn persoon als geheel. Schrijf het probleem niet alleen toe aan de persoon, maar zoom uit en beschouw het als onderdeel van de context. Wanneer je stilstaat in tijden van stress en ontdekt dat de attributiedynamiek ook jou in zijn greep heeft, en van het wetenschapsframe een karikatuur maakt ten koste van het normaliteitsframe, kun je daaruit stappen.
Boor andere informatiebronnen aan
Dit vereist niet meer – en tegelijkertijd ook niet minder – dan het verkrijgen van een brede blik op cliënt en zijn context. Niet alleen de context in het heden, maar juist ook die in het verleden. Daarbij kijk je naar de professionele zorg, maar zeker ook naar zorg uit eigen kring, waarmee de cliënt al jaren omringd wordt. Dit kan alleen wanneer je andere informatiebronnen aanboort dan de geijkte diagnostiek. Neem de tijd en de moeite om écht in gesprek te gaan met verwanten, kennissen, vrijwilligers en begeleiders van vroeger en nu. Niet oordelend, niet gericht op het vinden van oplossingen, maar zoekend naar wie de cliënt eigenlijk is. Welk levensverhaal er opgetekend kan worden voor hem. Vragen als: “Uit welk nest komt hij, wat is zijn karakter, hoe is hij veranderd?” zijn voor de hand liggend. Maar denk ook eens aan vragen als: “Zijn er manieren bekend waarop hij zelf zijn stress reguleert?” of “Wat zou je hem gunnen in het leven?”
Op die manier kan er weer beweging ontstaan in de attributiedynamiek en komt de focus op het normaliteitsframe, en daarmee dus ook op een ‘normaal’ leven. Een leven waarin de cliënt meetelt en meedoet, precies zoals we met elkaar hebben afgesproken in allerlei beleidsstukken. Binnen een bijzondere leefsituatie weliswaar, maar met al zijn kwaliteiten en talenten. En met alles wat hij kan, en wat hij óns kan leren.